Concept > Nederlands > literatuur > Het Gouden Ei

Het Gouden Ei

 

 Vragen bij hoofdstuk 1

  1. Vat hoofdstuk 1 samen in maximaal 150 woorden.
  2.  Beschrijf het perspectief en geef hiervan een voorbeeld.
  3. Welke elementen komen terug in dit hoofdstuk?
  4.  Beschrijf de verhouding tussen Rex en Saskia met 2 citaten.
  5.  Welke verbindingen worden gelegd met de titel?
  6.  Zoek onderstaande onbekende woorden op en schrijf de betekenis op.

 

·         doorkliefd (p. 7)

·         coleur locale

·         gestoken (p. 9)

·          deux chevaux (p. 10)

·         verkwikking (p. 11)

·         weerbarstig (p. 12)

·         wellust (p. 13)

·         slenterde (p. 14)

·         geijkte (p. 15)

·         schoorvoeten (p. 15)

·         plooiden open (p. 15)

·         popelt (p.16)

·         korzeligs (p. 16)

·         oplegger (p. 17)

·         karikaturale wijze (p.18)

·         schimmig (p. 18)

·         krenkend (p. 19)

·         imperiaal (p. 23)

·         gestadig (p. 24)

·         ellipsen (p. 25)

 

 Vragen bij hoofdstuk 2

 

1.    Vat hoofdstuk 2 samen in maximaal 100 woorden.

2.    Welke elementen komen hier terug?

3.    Beschrijf de verhouding tussen Lieneke en Rex.

4.    Welk perspectief vind je in dit hoofdstuk?

5.    Hoeveel tijd is er verstreken sinds hoofdstuk 1?

 

Vragen bij hoofdstuk 3

 

1.    Vat het hoofdstuk samen in 150 woorden.

2.    Welke elementen komen hier terug?

3.    Beschrijf de persoon Raymond Lemorne zo uitvoerig mogelijk. Wat doet hij, denkt hij? Geef voorbeelden hiervan uit het hoofdstuk.

4.    Welke overeenkomsten en verschillen zie je met Rex. Geef hiervan een voorbeeld.

5.    Welk perspectief vind je in dit boek.

6.    Hoe is het tijdverloop tot nu toe?

 

Vragen bij hoofdstuk 4,5

 

1.    Vat beide hoofdstukken samen in 150 woorden.

2.    Welke elementen komen hier terug?

3.    Beschrijf het contact van  Raymond en Rex zo uitvoerig mogelijk. Wat wordt er gedacht? Geef voorbeelden hiervan uit het hoofdstuk.

4.    Welke overeenkomsten en verschillen zie je tussen Rex en Raymond.  Geef hiervan een voorbeeld.

5.    Welk perspectief vind je in deze delen?

6.    Hoe is het tijdverloop?