Mondeling
In de week voor proefwerkweek 3 worden jullie in tweetallen getoetst op spreekvaardigheid (voorbereid over een onderwerp kunnen spreken) en gespreksvaardigheid (1 dialoog)
De bijzonderheden op een rij:
- Het mondeling duurt 20 min, incl. 5 min. voorbereidingstijd.
- Het mondeling telt 3x.
- Wees op tijd, want te laat betekent een 1. In dit geval zal de docent een gesprek met je partner hebben.
- Leerstof: Redemittel Schritt 19-23 en je kunt basisvragen beantwoorden bij onderstaande onderwerpen.
Onderwerpen voor het mondeling (Schritt):
- Du kannst deinen Stundenplan erläutern. (21)
- Du kannst einen Jubliäumsfeier beschreiben. (19)
- Landeskunde: Streusel?. (19)
- Landeskunde: Deutsch ist ein Plus. (19)Warum, wo, eigener Job mit Deutsch?
- Du kannst eine eigene Flugreise beschreiben. (20) Du darfst Flugangst/Flugscham, Koffer verloren oder zu viel Flüssigkeit dabei haben.
- Landeskunde: Pünktlichkeit?. (20)
- Du kannst deinen (Schul)alltag beschreiben. (21)
- Landeskunde: Deutsch in der Schweiz. (21)
- Landeskunde: Lehrer gehen/Schüler bleiben?. (22)
- Du kannst etwas sagen über Schülerrat und Schülervertretung. (22)
- Du kannst etwas darüber sagen, was Kinder in der Zukunft lernen sollten.(22)
- Du kannst ein Survivaltraining beschreiben. (23)
- Was hast du am Wochende gemacht? (21)
- Früh aufstehen und Schule (21) Was findest du besser?
Verloop:
- je krijgt een spreekopdracht die je met je partner -zonder hulpmiddelen!!- mag voorbereiden. Hierop mag je 20 trefwoorden noteren. Je partner mag je hierbij helpen en jullie mogen zelf bepalen wie A en B is.
- eerst vertelt persoon A over onderwerp A en B over B. (3-5 min.)
- dan gaan we verder met een dialoog over onderwerp C die jullie samen hebben voorbereid. (max. 10 min.)