Concept

Concept

 

 

  • Het vak Duits moet de leerling centraal stellen en dus van zijn/ haar individuele kwaliteiten uitgaan. Dit betekent dat verschillende vaardigheden op diverse manieren moeten worden geoefend en getoetst.
  • Het vak Duits moet een per niveau een taalpraktische en cognitieve basis bieden.
  • Het vak Duits moet per niveau leerlijnen uitzetten van begin tot eind waarbij consistentie en continuïteit zijn gewaarborgd, zowel qua inhoud en thematische samenhang als toetsing. Daartoe zal zij gebruik maken van het Europees Referentiekader (ERK)
  • percentages 

    • Het vak Duits moet streven naar vergaande integratie van ict/multimedia en de daarbij horende vaardigheden.
    • Het vak Duits moet literatuur en cultuur begrijpen als deel van de Europese traditie en streven naar een samenwerking met andere vakken.
    • Het vak Duits moet ernaar streven de taal in praktische situaties in te zetten.
    • Het vak Duits moet oog hebben voor schoolprojecten en vanuit de eigen invalshoek een bijdrage te leveren.
    • Het vak Duits moet oog hebben voor schoolbrede didactische en pedagogische ontwikkelingen en daarop in te springen.
    • Het vak Duits streeft naar een productieve beheersing van de taal.
    • Het vak Duits streeft naar een optimale voorbereiding op de eindexamens.
     
     Meningen van leerlingen (De leerling aan het woord, EP 2005):

     

    • meer spreekvaardigheid
    • actueel materiaal
    • grammatica beperken, inbedden in gebruik
    • woordjes stampen is saai, inbedden in gebruik
    • niet alle fouten verbeteren, drempels wegnemen
    • erkend examen aanbieden
    • native speakers integreren
    • taal is ook cultuur
    • 1 Europees onderwijssysteem
    • literatuur en poëzie moeten blijven
    • werkweken en excursies zijn zinvol
    • ict toepassen
    • in de les als docent de vreemde taal gebruiken
    • TPR gebruiken
    • groepswerk, presentaties